Variaties op een thema: een geborduurde roos 3x
Wie wat bewaard, die heeft wat. Laatst bij het opruimen vond ik een patroon van een geborduurde roos uit een Ariadne (342-343/juni-juli 1975). Ik vond dat blijkbaar jaren geleden ook al een interessant patroon omdat ik het blijkbaar bij het opruimen van de oude Ariadnes eruit gescheurd en bewaard had. Of misschien heb ik bewaard omdat ik het een leuke raamdecoratie vond. Ik weet het niet meer.

Een patroon uit een oude Ariadne.
Feit is dat ik hem weer gevonden heb en er heel blij en enthousiast van werd. En dat er gelijk allerlei ideeën opborrelden met hoe ik hem wilde maken.
Omdat ik niet kon kiezen (daar heb ik wel vaker last van) dus uiteindelijk maar besloten om verschillende varianten te maken.
Variant Roos op naturelkleurige stof
Voor de eerste variant van de roos heb ik redelijk het patroon in de Ariadne aangehouden, ik heb geborduurd met 3 draadjes wit splijtgaren en min of meer de aanbevolen borduursteken gebruikt. Wel heb ik de stof veranderd van dunne linnen stof naar een linnen/katoenen stof in een naturel kleur.

De roos op naturelkleurige stof.
Het borduurde blijkbaar lekker weg, want ik ben helemaal vergeten foto’s te maken behalve dan van het eindresultaat.
Variant roos op dunne, doorzichtige linnen stof
Voor de tweede variant had ik een stuk dunne, doorzichtige linnen stof die redelijk grof geweven was.
Omdat ik de rozenknoppen wat minder mooi vond, heb ik die vervangen door blaadjes.

Als je borduurt op dit soort dunne, open stof is het handig om een borduurring te gebruiken.
Het was even wennen om op dit soort stof te borduren omdat het heel makkelijk is om de borduurdraad te strak aan te trekken waardoor er gaatjes ontstaan.

Progressie.
En het eindresultaat.

Ik heb altijd al zulke gordijnen willen hebben.
Variant roos met open borduurwerk
Als laatste variant wilde ik proberen of ik delen van het patroon kon openwerken. Dit vergt wat planning en denkwerk vooraf.
Eerst moet je bepalen waar je de gaten wilt maken.

Het patroon is op de stof gezet en waar de kruisjes staan worden straks gaten gemaakt.
Misschien is het hier beter te zien.

Voorbereidingen voor open borduurwerk.
Hierbij is het belangrijk dat er verbindingen zijn tussen de open delen zodat je borduurwerk niet uit elkaar valt.
Vervolgens moet je bedenken waar je welke steek gaat maken. Je kunt namelijk op verschillende manieren gaten maken.
De ene manier is de Richelieu-manier waarbij je de kant van het gat zekert met festonsteken. Deze knip je daarna uit.
En de andere manier is de manier van het Engels Borduurwerk/Broderie Anglaise waar je eerst knipt en dan de stof in het motief vastzet met een cordonsteek.

Voordat je gaat knippen maak je alle borduursteken behalve de cordonsteek.
Ik heb gekozen voor een combinatie van deze twee technieken.

Zondagborduurtje.
Een tussenresultaat.

Af en toe moet je even van een afstandje je werk bekijken.
En het uiteindelijke resultaat.

De derde variant.
Met de blaadjes heb ik wat dingetjes uitgeprobeerd. En verder heb ik geoefend met het herstellen van festonsteken nadat ik ze per ongeluk los knipte (oeps) en het herstellen van verbindingsstaafjes nadat ik er eentje (ook per ongeluk) kapot geknipt had (2x oeps). En er moet nog een vlekje weggewerkt worden.
Variaties op een thema
Geregeld (al was het nu wat langer geleden) werk ik volgens het principe variaties op een thema. Soms is het een borduursteek waarbij ik verschillende varianten uitprobeer, zoals de koninginnesteek.
Een andere keer gaat het om het op verschillende manieren borduren van een stukje (geprinte) stof, zoals hier stofversieren.
Of om het borduren van een patroontje of afbeelding op verschillende manieren, zoals patroon van de faroer eilanden en de Oude kerk in Veere in tapisseriesteken.
Het idee erachter is altijd om inspiratie te geven en op andere manieren naar borduurwerk te kijken.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!