Over dijzakken

Iedere keer als ik weer iets onderuit mijn handtas opdiep vraag ik me af hoe ze vroeger hun spulletjes meenamen. Wat blijkt, van de 17e tot in de 19e eeuw droeg je als vrouw losse zakken onder je rok die toegankelijk waren via openingen in je jurk en petticoat of onderrok. Deze dijzakken (soms ook zijzakken genoemd) knoopte je rond je middel en hingen meestal in paren op je heupen. Ook enkele dijzakken kwamen voor, die droeg je dan aan de voorkant onder je schort.

Dijzak van katoen met zijden borduursels (1750-1775), Tassenmuseum Hendrikje, Amsterdam. Deze is nog t/m 31 augustus 2019 te zien tijdens de tentoonstelling ‘Bags in Bloom’.

Door de grootte kon je veel meenemen in de dijzakken, zoals sleutels, geld, horloges, recepten en naaiaccessoires. Hoewel ze onder de kleding werden gedragen en niet zichtbaar waren, vond men het nog steeds belangrijk om ze te versieren met borduurwerk. Zo zijn er voorbeelden met wolborduurwerk, bargello/vlamsteek, quiltwerk en andere soorten borduurwerk bewaard gebleven.

Deze dijzak kun je vinden in het Tassenmuseum Hendrikje in Amsterdam. Hij komt uit 1776 en is geborduurd met bargello/vlamsteek/ierse steek.

Het Tassenmuseum Hendrikje in Amsterdam heeft verschillende dij- of zijzakken waarvan er een aantal zijn tentoongesteld, waaronder een mini-exemplaar.

Dij-/zijzakken in de klederdracht

Ook in de klederdracht werd door de vrouwen onder hun rok of schort dij- of zijzakken gedragen. Op de website Het Geheugen van Nederland vind je aantal, voornamelijk eenvoudige exemplaren. Maar in de collectie van het Openluchtmuseum in Arnhem bevindt zich ook de volgende (geborduurde) dijzak.

Geborduurde dijzak uit 1942, Openlucht Museum Arnhem. Het grotere bloemmotief is op de achter-/binnenkant geborduurd in kruissteek.

Zelf heb ik ook een aantal dijzakken.

Een eigengemaakte dijzak met Zeeuwse stofjes uit de Handwerkplaats van het Zeeuws Museum.
Een oude ‘veelgedragen’ dijzak, wat te zien is aan het vele verstelwerk. Ik werd een beetje verliefd op het jaren ’50 stofje.
En een zelfgemaakte ‘reproductie’ dijzak in wolborduurwerk.

Deze laatste is een reproductie van één van een paar dijzakken die speciaal voor het huwelijk van Sarah Leonard met David Mayo in 1786 geborduurd zijn. Uitgevoerd in twee kleuren blauwe wol in Deerfield Embroidery en helemaal met de hand gemaakt. Het patroon/kit komt van the Examplarery.

Detail van het Deerfield borduurwerk.

Wil je zelf eens een dijzak borduren?


Op de website van het Victoria & Albert Museum vind je een tutorial om je eigen dijzak (in het Engels ‘pocket’ genaamd) te maken. Er wordt uitgelegd hoe je de vorm kunt maken, wat voor soort stof je kunt gebruiken, welke patronen je kunt gebruiken en hoe je hem uiteindelijk in elkaar kunt naaien.

Ook kun je in de tutorial het patroon van deze dijzak/pocket te downloaden.

Paar dijzakken, waarvan er één nog niet helemaal geborduurd is (Groot-Brittannië, 1718-20), V&A Londen (no.41&A-1935).
De achterkant van het borduurwerk. Hier kun je o.a. zien welke en hoe de steken geborduurd zijn en hoe net de borduurster was. V&A Londen (no.41&A-1935)

Veel borduurplezier.

1 antwoord

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *